Spieker Willem wat hej toch uutvreten

Klucht in drie bedrijven door B. Gombold, vertaling B. ten Velde.

Op de ochtend na het jaarlijkse feest van de muziekvereniging ontwaken vier heren met ’n zwaar hoofd. Al gauw blijkt dat ze door overmatig alcoholgebruik (tot half zes in de morgen) ’n totale black-out hebben. Daardoor weten ze ’n aantal dingen niet te plaatsen. Als Willem in zijn timmerwerkplaats enigszins tot zichzelf komt, mist hij zijn gebit, z’n portemonnee en ’n schoen, terwijl hij ’n ladder met ’n gebroken sport ontdekt, die er eerder niet was. Zijn zoon Frank is met ’n kapot vensterluik naar huis gekomen, nota bene van ’t raam van de tweelingzus van z’n verloofde en heeft bovendien ook nog ’n damesslipje in z’n zak. Johan, de plaatselijke veldwachter, komt opdagen met ‘n enorme buil op z’n hoofd en met ’n sport van de ladder, terwijl hij z’n tabaksdoos mist. Chris, de toekomstige schoonvader van Frank, mist z’n horloge en heeft op de kamer van z’n dochter ’n tabaksdoos en portemonnee ontdekt, terwijl Gertrude, de huishoudster van de pastoor helemaal aan ’t andere eind van ’t dorp in haar slaapkamer gebit, schoen en horloge heeft gevonden. De oplossing van al die raadsels zorgt voor kostelijke situaties.

Gespeeld op zaterdag 30 januari, 6 en 13 februari 2010 in de Tippe in Vledder.

 

Bovenste rij v.l.n.r.: Lieneke Veenman, Roelie Kuiper, Hilco Jonker, Albert Trompetter, Hendrik Dooren, Luuk Groen
Onderste rij v.l.n.r.: Martijn Blum, Jannie Pals, Annie Veenstra, Jantina Idserda, Reinder van Leeuwen

 

In het nieuws